Vanochtend om 05.00 uur lig ik wakker in mijn bed. Het huis is in complete rust. Buiten fluiten de vogels alsof het een lieve lust is, alsof de lente al is begonnen. De seizoenen trekken zich nergens iets van aan. Ik kan de slaap niet meer vatten en luister naar de vogels buiten. Ik kan helaas de vrolijkheid van de vogels niet rijmen. Ik heb een gekke week achter de rug….. Een kleine week geleden ben ik zestig jaar oud [ of jong ] geworden. Het was een soort piket-paaltje aan de horizon, want bij mijn eerste diagnose in februari 2016 was het maar de vraag of ik de zestig zou halen…. Nou, dat is gelukt. Maar vraag niet hoe…
Afgelopen week ging mijn mobiliteit hard achteruit. Even lopen door het appartement, even een wandeling naar het toilet en mijn hoofd ging bonzen en mijn hart sloeg op hol. Het lukte gewoon niet, ik was bekaf. ‘Wat is er toch met mij aan de hand ?’, vroeg ik mezelf af. Soms opeens een spontane flinke bloedneus. Zomaar uit het niets. Mijn lijf is duidelijk de kluts kwijt. ‘Tsja’, zei mijn oncoloog twee weken geleden ‘mogelijk een mix van de aanslag van de chemo’s, het afbreken van de rode bloedcellen en mogelijk het doorgroeien van de kanker……’. De oncoloog vindt het tijd voor een CT-scan om meer zekerheid te krijgen. Een week geleden. Wachten op de uitslag. Een bezoek voor een CT-scan is meestal het kortste ziekenhuis-bezoek. Ik laat me in een rolstoel door het ziekenhuis vervoeren, mijn trots schuif ik opzij. De scan duurt misschien een minuut. Inderdaad wachten op de uitslag.
Woensdag – gisteren – stond een lange dag in het ziekenhuis gepland. De zevende chemo is gepland, maar voor de zekerheid ook een bloedtransfusie. De uitslag van de CT-scan en de bloeduitslagen moeten nu duidelijkheid geven. Ik sleep mezelf de lift van het appartement in en laat me weer in een rolstoel vervoeren. De vermoeidheid is met de dag toegenomen. Ik ga weer in een rolstoel door het ziekenhuis. Mijn lieve gezin is mee. Bloedprikken gaat moeizaam, maar het lukt. Nu weer wachten op de bloeduitslag van het laboratorium en de afspraak met de oncoloog. En natuurlijk de uitslag van de CT-scan. Prof. dr. De Wit kijkt somber als we bij hem naar binnen lopen. Het hoge woord is er snel uit, de uitslag van de CT-scan is niet goed. De kankercellen zijn doorgegroeid, de chemo’s hebben hun werk niet goed genoeg kunnen doen. Foute boel! De HB-waarde in mijn bloed is gedaald naar 4,4. En dat is echt laag en verklaard mijn flinke vermoeidheid. Mijn oncoloog geeft aan dat nog meer chemo’s mij verder zullen slopen en niets positiefs brengen. De geneesmiddelen-kast is leeg. Alle middelen heb ik eigenlijk al gehad. Over twee weken eens kijken hoe mijn lijf zichzelf gaat redden zonder chemo. Een dringende bloedtransfusie om flink op te peppen kan gelukkig wel doorgaan. Als gezin zijn we in shock, onverwacht erg slecht nieuws. Ik wist natuurlijk dat dit bericht ooit zou komen, maar het komt altijd onverwacht. Ik schreef weleens dat mijn tranen allang op waren, maar dat bleek gisteren niet. We huilen met elkaar en houden elkaar vast. Bij de bloedtransfusie wil ik even alleen zijn, iedereen is ontzettend lief om me heen, maar ik kruip in mijn eigen cocon en zet muziek van The Eagles op en doe mijn ogen dicht. Wat een klote-dag ! Is dit het dan ?, vraag ik mezelf af. Nee, deze woensdag komt niet meer goed. We liggen ‘s avonds met z’n drieën in bed en kijken elkaar aan. Woorden zijn eigenlijk niet nodig.
En nu hoor ik de vogels buiten fluiten. Alles gaat gewoon door en ik weet even niet hoe het verder moet. Tsja, de bloedtransfusie heeft mijn vermoeidheid even weggehaald. Tijdelijk. Geen idee hoe de blackbox verder gaat. Even zin om me terug te trekken.